Madeleines, wat zijn ze toch lekker! En eigenlijk heel makkelijk om te maken. Met het beslag voor madeleines is iets bijzonders aan de hand, het moet namelijk rusten in de koelkast, terwijl voor de meeste baksels alles op kamertemperatuur moet zijn. De reden voor het koelen is dat deze cakejes een 'bol buikje' moeten krijgen en dat ontstaat door het bakken van het koude deeg. Een goede madeleine is lekker zacht van binnen met een klein krokant randje. 

Voor 10 minimadeleines heb je nodig 45 gr roomboter, 1 ei, 30 gr basterdsuiker, 1 theelepel vanillearoma, 1 tl geraspte citroenschil, 1 tl oranjebloesemwater, 45 gr bloem, halve tl bakpoeder en een snufje zout.

Smelt de boter en laat deze afkoelen. Klop het ei met de suiker, vanille, citroenschil en oranjebloesem. Zeef bloem, bakpoeder en zout erboven en roer door elkaar. Roer dan de boter erdoor. Dek af en zet 1,5 uur in de koelkast. Verdeel het beslag dan over 10 ingevette holtes van de madeleinevorm en bak ze 9 minuten in een voorverwarmde oven van 200 graden.

Nu even laten afkoelen en daarna lekker thee of koffie gaan drinken met een vers gebakken madeleine. Je kunt er naar smaak nog wat druppels oranjebloesemwater of honing over sprenkelen. In plaats van oranjebloesem is rozenwater ook lekker. En voor de oplettende kijker, ik heb zelf geen madeleinevorm, dus ik heb ze in een muffinvorm gebakken. Gelukkig is de smaak er niet minder om. En toen mijn buurvrouw dat zag op Instagram, bood ze spontaan haar madeleinevorm aan voor de volgende keer. Wat is het toch leuk om een hobby te delen met je buren!